‘Waar leefbaarheid voor mij om draait? Om een vriendin van mij die in haar rolstoel op de bus staat te wachten en voorbijgereden wordt. Om de vluchteling die na de zoveelste overplaatsing naar weer een nieuw azc de hoop opgeeft dat hij het in Nederland gaat redden. En om de oudere man die vereenzaamt in het dorp waar niemand zich meer om hem bekommert.’ De oproep van Paul Fransen is helder: ‘Provincie, voel de verantwoordelijkheid. Doe meer dan gedeputeerde Bea Schouten nu beschrijft in de pas verschenen uitwerking van de leefbaarheidsvisie.’
Paul schreef mee aan het GroenLinks verkiezingsprogramma en is fractievolger. Hij is zeer thuis in het sociale domein en heeft een stevige visie op sociaaleconomische onderwerpen. Voor hem draait ook de provinciale politiek allereerst om mensen. ‘Het sociale profiel van de provincie brokkelt af, omdat jeugd en jeugdzorg, actief burgerschap, werkloosheid en dakloosheid tegenwoordig alleen nog op de gemeentelijke agenda staan. Gedeputeerde Staten erkent wel dat ze iets moet blijven doen voor het welzijn van de Gelderse inwoners en presenteert dit nu onder de noemer leefbaarheid.
Bonding en bridging?
Afgelopen november verscheen de leefbaarheidsvisie van gedeputeerde Bea Schouten. Die was naar Pauls smaak veel te vaag. Hij vestigde dus zijn hoop op de uitwerking van die visie, die afgelopen week verscheen. En, concreter? ‘Ja, maar nog lang niet concreet genoeg als je het mij vraagt. ‘Bonding’ en ‘bridging’ zijn de termen. En ‘aansluiten bij de energie van mensen’. Prachtig hoor, maar ik ben bang dat mijn vriendin bij de bushalte, die vluchteling en die oude man daar niet mee uit de voeten kunnen.’
Armen over elkaar
‘De bedoelingen zijn goed, dat lees ik wel in de uitwerking van die visie. Maar ‘aansluiten bij de energie’ klinkt me te veel als wachten tot mensen met initiatieven komen. En degenen die dat doen, zijn doorgaans niet degenen die de meeste hulp nodig hebben. Mijn zorg is dus dat we vanuit deze leefbaarheidsvisie te veel met de armen over elkaar kijken welke energieke initiatieven op ons afkomen, om dan pas te beslissen welke we steunen. En áls de provincie haar handen uitsteekt, is dat naar de wethouders voor zorg en welzijn. Mijn idee: strek ze wat verder uit en ga naar die mensen toe, waarvan je weet dat ze veel te verduren krijgen, maar die het met steeds minder ondersteuning moeten redden. Niet over, maar mét die mensen praten.’
Provinciale leefbaarheid
Dus: eerst beslissen waar voor de provincie de prioriteit moet liggen. Sommige leefbaarheidsthema’s horen dan volgens Paul bovenaan de provinciale agenda: ‘Krimp bijvoorbeeld, dat speelt op grote schaal in de Achterhoek en op de Veluwe. Ondersteunen bij de opvang en het opnemen van vluchtelingen in de Gelderse gemeenschap. Maar ook jeugdzorg en toegankelijkheid van openbare ruimte, vervoer en gebouwen voor gehandicapten. Slechts op één op de vier stations kunnen mensen met een rolstoel de trein in en uit. Schandalig! Gemeenten hebben meestal niet de kennis en steeds minder middelen om dit soort problemen op te pakken. De provincie kan kennis, financiën en initiatiefnemers bij elkaar brengen.’
Plusje
Wat volgens Paul ook jammer is: dat het geen volwaardig thema is naast andere beleidsthema’s: ‘2,5% van het budget! Dan is het geen belangrijk thema. Zelfs de gedeputeerde zelf noemt het een ‘plusje’. Dat genereert dus geen maatschappelijke impact. Het is gewoon echt niet stevig genoeg. Wat volgens mij zou moeten? Meer daadkracht, meer geld en meer bevoegdheden om programma’s samen te brengen.’
Dus
Een uitsmijter heeft Paul ook nog wel. Eentje die zijn standpunt over de leefbaarheidsagenda van de provincie mooi samenvat: ‘Een samenleving is waardevol als je samen de omgeving vorm kunt geven waarin je wilt leven. Met democratie, burgerschap, tolerantie en solidariteit. Sterkeren ondersteunen de zwakkeren. Iedere overheidslaag heeft daar een belangrijke rol in. Ik vind het zorgelijk dat de provincie daar zoveel afstand van heeft genomen en haar taakopvatting versmalt naar de fysieke omgeving. Leefbaarheid moet de kern zijn van de provinciale agenda, daar begint alles. Het draait immers om mensen.’