De uitgangspunten voor het Vitaal Landelijk Gebied Gelderland staat vol goede ambities. Water en bodem wordt sturend, de biodiversiteit wordt versterkt in gebieden rondom Natura 2000, we gaan naar natuurlijke vormen van land- en tuinbouw, passend bij het natuurlijke systeem, alle sectoren dragen bij aan de stikstofdoelstellingen. De uitdaging zit erin of we ook aan de slag gaan om die echt te behalen. Daar gaat GroenLinks de komende jaren scherp op letten.
Er staan drie zaken in deze vertrekpunten, waar GroenLinks zorgen over heeft.
- Er wordt veel verwacht van innovaties om de stikstofdepositie te verlagen. Steeds opnieuw blijken die innovaties minder op te leveren dan verwacht, terwijl er wel veel investeringen van boeren voor nodig zijn. Zeker als die innovaties versneld ingezet worden, op basis van berekeningen in plaats van werkelijke metingen, leidt dit tot het nog meer klem zetten van boeren.
- De overgangszones rond natuurgebieden zijn bij uitstek de gebieden waar versterking van de natuur veel effect heeft. Welke keuzes er gemaakt worden in die zones, wil GS met betrokkken partijen vaststellen. Welke afstand wordt er gekozen als bufferzones, komt er regelgeving of alleen stimuleringsmaatregelen, wordt het een generieke aanpak of maatwerk? Dat zijn kaders die Provinciale Staten zou moeten meegeven.
- De deur wordt opengezet voor nieuwvestiging van niet-grondgebonden land- en tuinbouw. Dat vindt GroenLinks een onbegrijpelijke keuze. Van de huidige Gelderse boeren wordt inzet en aanpassing gevraagd. Hun perspectief verslechtert als je vervolgens weer nieuwe bedrijven toelaat die weer stikstof uitstoten die net door bestaande boeren bespaard is. De gedeputeerde zegt dat het gaat om hervestiging van bestaande Gelderse bedrijven, die op een andere plek in de provincie minder schade aan natuur doen. GroenLinks stelt voor om het woord ‘nieuwvestiging’ in de tekst dan te vervangen door ‘hervestiging’. Gedeputeerde Zoet wil daar niet aan, al zegt hij toe dat hij geenszins van plan is nieuwe intensieve veehouderij van buiten de provincie toe te laten. Wij zullen er scherp op letten of de uitwerking in het programma in lijn is met deze toezegging.
Tot slot een puntje over het proces. We stellen de vertrekpunten vast, het volledige programma stelt gedeputeerde staten vast. We kunnen daar in het najaar nog wel dingen over meegeven, maar niet meer besluiten, of wijzigingen voorstellen. Dat zien we graag anders. Op onze vraag zegt de gedeputeerde toe dat het uitvoeringsprogramma ook ter besluitvorming naar de Provinciale Staten komt. De komende maanden worden de vertrekpunten uitgewerkt in een compleet programma en daarin kunnen inwoners en organisaties meepraten over de uitwerking. In december of januari nemen we over dat resultaat opnieuw een besluit.
GroenLinks gaat daarbij letten of het programma een goede aanpak biedt voor een groen, gezond en gelukkig landelijk gebied.