Dit voorjaar zorgt voor de nodige veranderingen. Vooral de economische crisis houdt de gemoederen bezig. Tijdens het debat over de crisisaanpak in Gelderland heeft GroenLinks steeds gepleit voor maatregelen die een duurzaam karakter hebben. Maatregelen die ook de klimaatcrisis aanpakken. Diverse van de vastgestelde maatregelen voldoen aan deze vraag. In onze bijdrage aan de voorjaarsnota dit jaar verder vooral aandacht voor: de voorbeeldrol van de overheid, een integrale duurzaamheidtoets, het openbaar vervoer en de samenwerking tussen de overheden. Wat betreft het openbaar vervoer hebben we succes geboekt.

Kwaliteit van het openbaar vervoer moet centraal staan.

De behandeling van de voorjaarsnota was dit jaar verdeeld over twee dagen. Op 1 juli vond de eerste termijn plaats. Op 8 juli waren de tweede termijn en de stemmingen aan de orde. Verderop in dit stuk kunt u de inbreng van GroenLinks in de eerste termijn teruglezen, nu eerst de belangrijkste uitkomsten van het debat.

Tijdens de eerste termijn heeft GroenLinks de stelling ingenomen dat in het openbaar vervoer de kwaliteit primair centraal moet staan. Vooral de coalitie partijen hebben hier in eerste instantie negatief op gereageerd. Tijdens de tweede termijn kwamen ze echter zelf met een motie waarin wordt uitgesproken dat het huidige niveau bij de aanbesteding van het openbaar vervoer gehandhaafd moet blijven. Dat mag de provincie best wat extra geld kosten. Uiteraard blijven we streven naar een verdere verbetering van het openbaar vervoer, maar hiermee lijkt op dit moment een verdere teruggang een halt toegeroepen.

De coalitiepartijen dienden tevens een voorstel in voor een bijdrage aan een investering in de voedselbank. Helaas was dit voorstel slecht voorbereid en rommelig geformuleerd. Vanwege het belang (goede doel) hebben we toch ingestemd met dit voorstel.

Tenslotte is besloten dat in september van dit jaar een debat zal plaatsvinden over de zogenaamde “tussenbalans” van dit college van CDA, PvdA en CU. Dan zal ook gesproken worden over de investeringsagenda voor de komende jaren. GroenLinks zal blijven pleiten voor duurzame investeringen.

Goed voorbeeld doet goed volgen

GroenLinks vindt het van belang vooruit te kijken. We hebben zin in de toekomst, een duurzame toekomst en dat vraagt om een overheid die een voorbeeld functie vervult. Uit recent onderzoek van Binnenlands Bestuur bleek, dat het grootste deel van de ambtenaren in dit land vindt, dat de overheden te weinig doen. In de voorjaarsnota geeft Gedeputeerde staten aan dat de provincie Gelderland goed scoort op dit punt. Navraag in de provinciale organisatie levert inderdaad een positief beeld op. Ten aanzien van duurzaam inkopen haalt de organisatie nu ruim de norm. Dat geld ook voor het mobiliteitsgedrag van onze ambtenaren, slechts 1/3 komt nog met de auto naar het provinciehuis. Een goed voorbeeld, ook voor PS leden. Ook bij de besluitvorming over de huisvesting van de ambtelijke organisatie speelt duurzaamheid een leidende rol.

GroenLinks is blij met de invulling van deze voorbeeldrol. Natuurlijk kan het nog beter en moet het ook nog beter. Maar het goed uitdragen van de voorbeeldrol is alvast belangrijk.

Integrale klimaattoets

GroenLinks heeft bij de besluitvorming over het klimaatbeleid gepleit voor een meer integrale aanpak. Dat betekent vooral, dat beleid, maatregelen en ontwikkelingen op diverse thema’s getoetst moeten worden op de gevolgen voor het klimaat. Het college doet het voorstel om op een beperkt aantal plannen een klimaattoets toe te passen. De genoemde plannen in de sfeer van ruimte en milieu zijn daar geschikt voor, maar het is wel erg mager.

Waarom niet juist op die terreinen een toets toepassen waar de gevolgen het grootst zijn? Zoals bij plannen op het gebied van verkeer en landbouw? Het college zal na 2009 breder kijken naar de toepassing van de klimaattoets. We zullen dit kritisch volgen.

Openbaar vervoer als echt alternatief voor de auto.

De sector verkeer en vervoer is verre van duurzaam. GroenLinks wil dat hier efficiënter mee wordt omgegaan. Naast het beter benutten en schoner maken van auto’s is vooral de fiets een goed alternatief. Dat geldt ook voor het openbaar vervoer. Dat moet dan wel als echt alternatief ontwikkeld worden, zowel in stedelijk gebied, in meer dichtbevolkte gebieden, als op het platteland. Bij de komende aanbesteding dreigt dit principe de boot te missen. Er wordt stevig gesneden in het openbaar vervoer en de ontsluiting van het platteland wordt vrijwel losgelaten. Dit zet opnieuw een neerwaartse spiraal in en zal leiden tot een daling in het gebruik.

GroenLinks pleit voor het nemen van de eigen verantwoordelijkheid. De provincie is verantwoordelijk voor het openbaar vervoer. Te weinig middelen van het rijk mag geen argument zijn: dan zullen we zelf moeten bijspringen. Zowel wat betreft de infrastructuur als in de exploitatie van goed en duurzaam openbaar vervoer.

Beter samenwerken is ook goed voor de jeugdzorg

Onlangs zijn diverse rapporten verschenen: over de toekomst van de jeugdzorg (commissie Paes) en de stadsregio’s (commissie Nijpels). De vraag is hoe de provincie hiermee omgaat. De commissie Paes stelt voor om jongeren centraal te stellen en preventie en zorg te integreren in een takenpakket bij de gemeenten. Zo dreigt opnieuw een discussie over structuur en verantwoordelijkheden te ontstaan. Daar hebben jongeren met problemen niets aan. GroenLinks vindt het een goed idee om jongeren centraal te stellen. We pleiten echter vooral tegen een nieuwe structuurdiscussie en dus voor een goede samenwerking tussen overheden om de problemen aan te pakken.

Dat geld ook voor de toekomst voor de stadsregio’s. Gemeenten kiezen ervoor in dit soort organen samen te werken. Dat betekend dat er gezocht moet blijven worden naar goede oplossingen voor knelpunten, waaronder de democratische legitimatie. (De stadsregio wordt niet rechtstreeks gekozen maar samengesteld uit vertegenwoordigers van de deelnemende gemeenten.) De aanpak van maatschappelijke problemen moet centraal staan. En daarvoor moeten provincie en stadsregio’s samenwerken. BV. bij de ontwikkeling van goed openbaar vervoer. Voor de burgers maakt het niet uit van welke overheid de voorzieningen komen. De wijze waarop overheden elkaar nu bestijden is niet acceptabel. Ook het kaalplukken van de provincies door de minister van financiën past niet in een goed functionerende overheid.