Nederland staat voor een grote transitieopgave. In ons coalitieakkoord hebben we afgesproken om in 2030 55% CO2-reductie te realiseren en we willen in 2050 energieneutraal zijn. Gemeenten spelen een belangrijke rol in het waarmaken van deze afspraken. Isolatie van woningen en gebouwen in alle buurten een heel belangrijke eerste stap richting aardgasvrij. Daarnaast is voor een goed deel van de Gelderse wijken een warmtenet een buitengewoon geschikte techniek om veel huizen te verduurzamen. Maar het is nogal een kluif om de warmte-transitie lokaal vorm te geven, en we zien dat gemeenten worstelen in de ontwikkelfase.

Voor het bereiken van de provinciale duurzaamheidsdoelstellingen is een stevige publieke inzet nodig om te versnellen en om drempels te slechten. Het GIWB biedt een goede mogelijkheid voor de provincie om werk te maken van de rol als verbindende schakel, aanjager en ondersteuner van gemeenten. Publieke partijen pakken daarin een rol in de warmte-infrastructuur (transport- en distributienetten) en geven daarmee sturing aan de uitrol van warmtenetten tegen de juiste voorwaarden. Duurzaamheid, betrouwbaarheid en draagvlak achten wij als GroenLinks van groot belang. Daarom zijn wij voorstander van open warmtenetten waar meerdere bronnen op in kunnen voeden en ook meerdere leveranciers warmte kunnen leveren, waardoor bewoners keuzevrijheid hebben.

Wat GroenLinks betreft gaat het GWIB snel van start, want de risico’s zijn klein. “Het grootste risico lopen we als we niets doen”, zegt GroenLinks Statenlid Paul Smits, “want dan komt er ook zeer weinig van de grond, en dat maakt de maatschappelijke kosten en negatieve consequenties alleen maar groter”. We moeten daarom doorpakken nu het haalbaarheidsonderzoek geweest is. De kwartiermaker kan aan de slag, en later dit jaar vertrouwen we op een positief besluit in Provinciale Staten voor het GWIB.